Toezicht en handhaven is keuzes maken

Naar schatting werken in Venray ongeveer 6000 internationale werknemers. Maar de gemeente heeft slechts 1133 woonplekken met een vergunning. Waar en hoe de rest woont is niet duidelijk. Na drie decennia arbeidsmigratie uit vooral Oost-Europa heeft de gemeente niet in beeld waar het merendeel woont. Hoe kan dat?, vraagt menigeen zich af.

Het team verleent vergunningen, als iemand daar om vraagt

Voor het antwoord moeten we onderscheid maken in vergunningen. De ene vergunning is de andere niet. In Venray is een vergunning nodig als je iets wil bouwen of verbouwen. De gemeente heeft nog geen vergunningplicht voor het huisvesten van internationale werknemers. Het initiatief voor een vergunningsaanvraag moet van de bouwer zelf komen. En die hebben soms genoeg redenen om dat niet te doen. Hetzelfde geldt voor de registratie van mensen die uit het buitenland naar Venray komen. Na vier maanden is inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP) verplicht. Maar ook buitenlandse werknemers hebben redenen om zich niet te in te schrijven. Of juist om zich niet uit te schrijven.

De gemeente weet dus welke panden met een vergunning zijn gebouwd. Is zo’n pand geschikt voor het huisvesten van groepen mensen -bijvoorbeeld een hotel of een groepsaccommodatie- dan hoeft de eigenaar niet te vragen of hij er internationale werknemers mag huisvesten. Hetzelfde geldt voor de werkgever of het uitzendbureau dat in een wijk huizen koopt om er teveel arbeidsmigranten in te proppen die teveel huur betalen en soms voor overlast zorgen in de buurt. Dus iemand kan twintig arbeidsmigranten in een loods onderbrengen zonder de gemeente daarvan op de hoogte te brengen.

Wie bouwt zonder vergunning, loopt het risico dat hij na controle de boel moet afbreken, maar er zijn genoeg eigenaren die dat wel aandurven. Een vergunning krijg je alleen als je aan best veel regels voldoet. Bovendien is de gemeente onderbezet en had de huisvesting van arbeidsmigranten jaren geen prioriteit. Dus controleert de gemeente steekproefsgewijs en biedt de wet bovendien de overtreder de kans om alsnog vergunning aan te vragen.

Handhaven is in de praktijk een tamelijk bureaucratisch proces

Een centrale rol in het proces bij de gemeente heeft team VTH, afkorting voor  Vergunningverlening, Toezicht en Handhaving. Teamleider is Ingrid Starmans. Ze haast zich te zeggen dat een woonplek die geen vergunning heeft niet hoeft te betekenen dat het kommer en kwel is voor de bewoners. Andersom kan op een woonplek met vergunning van alles mis zijn. Bij VTH meldt iemand zich voor een bouwvergunning. Toezichthouders controleren of bouwwerken een vergunning hebben en op veiligheid. “Toezicht houden is feiten constateren. Zijn er voldoende nooduitgangen, is de elektra in orde, zijn de brandblussers nog goed”, licht beleidsmedewerker VTH Ruud Verheijen toe. En niet op zaken als ondermijning, arbeidsomstandigheden of uitkeringsfraude. Een Boa die een woning controleert op het aantal brandblussers en nooduitgangen ziet ook het aantal weekendtassen of tandenborstels. Hij kan die informatie delen met andere instanties, maar die moeten illegale onderverhuur, uitkeringsfraude of mensenhandel wel aantonen. “Dat is het verschil met de buurtbewoner in de straat”, zegt Verheijen. “Zij zien van alles gebeuren, trekken hun conclusies, vaak ook terecht, maar hoeven niets te bewijzen. Wij moeten dat wel, anders ga je juridisch nat.”

Als de toezichthouders overtredingen hebben geconstateerd komen de juristen van VTH in actie. Dan gebeurt waar politici in de media zo vaak om vragen: handhaven. Klinkt stoer, maar is in de praktijk een tamelijk bureaucratisch proces. Teamleider VTH Ingrid Starmans: “De gemeente is geen politie, maar openbaar bestuur. Handhaven valt onder bestuursrecht.” Dat betekent dat overtreders eerst een brief krijgen en tijd om de overtreding te herstellen. De gemeente gaat bovendien kijken of een vergunning misschien toch kan. Leidt dat tot niets, dan kan het college besluiten om te handhaven. Tegen dat besluit kan de overtreder weer in beroep gaan, tot bij de rechter. Tegen de tijd dat er daadwerkelijk iets gebeurt, zijn we maanden verder. Maanden waarin soms mensonterende leefomstandigheden gewoon kunnen voortwoekeren. Het vergunningenbeleid en de beperkingen bij VTH verklaren voor een deel het verschil tussen het aantal buitenlandse werkenden en het aantal buitenlandse inwoners van Venray. Het andere deel ligt bij de internationale werknemers zelf. Iedereen die Nederland binnenkomt niet als toerist, moet zich melden bij de gemeente voor inschrijving in de Basisregistratie Personen (BRP). In de praktijk kun je vier maanden als toerist hier verblijven, daarna moet je je inschrijven. En als je iets wilt van de overheid, is inschrijven onvermijdelijk.

Vertrekken zonder uit te schrijven ’explosief’ gestegen

Wie staat ingeschreven kan een beroep doen op alle voorzieningen, maar is ook bekend bij de overheid. Bij de inschrijving in de BRP vraagt de gemeente niet waarvoor de persoon aan de balie naar Venray is verhuisd. Dus ook als iedereen die uit een land als Polen hier arriveert zich inschrijft, weet de gemeente niet met zekerheid of hij of zij hier komt om te werken. Mensen hebben tal van redenen om niet naar de gemeente te stappen om zich te laten registreren. Iemand gaat illegaal wonen of heeft een uitkering in het land van herkomst. “Of de persoon wordt door de huisbaas of de werkgever verboden om zich in te schrijven”, licht medewerker BRP Froukje Jansen toe. Seizoenarbeiders mogen acht maanden hier werken en dan moeten ze weer terug naar huis tot het volgende seizoen. Maar voor het bepalen van die acht maanden is inschrijving nodig. Wie niet is ingeschreven heeft geen last van die beperking.

Andersom zijn er ook genoeg motieven om te vertrekken uit Venray, maar niet uit te schrijven. Naar de redenen blijft het gissen. “Weten ze het niet, begrijpen ze het niet of willen ze het niet begrijpen?,” vraagt Jansen zich retorisch af. Ze durft wel te stellen dat het in bijna alle gevallen ‘een financiële component’ heeft. Lees: behoud van de uitkering. “Maar het kan ook gewoon onwetendheid zijn, vergeten of mensen die principieel anti-overheid zijn.” Als de gemeente vermoedt dat iemand met de noorderzon is vertrokken, maar dat niet heeft gemeld, hebben Froukje Jansen en haar collega’s er weer een klus bij. Vaststellen dat iemand niet meer in Venray woont. Dat zijn tijdrovende onderzoeken. Gaan kijken op het inschrijfadres, bij medebewoners of familie navragen. En ze zijn “explosief” gestegen, meldt Jansen. Meer dan verdubbeld. Als alles is onderzocht en de persoon blijft onvindbaar, eindigt het met uitschrijving uit de BRP. Plaatselijk is dat zichtbaar in het wekelijkse rijtje namen op de gemeentepagina in weekblad Peel en Maas. Op dat lijstje opvallend veel niet-Nederlandse namen, veel daarvan klinken Oost-Europees. Maar ook daarvan kan de gemeente alleen maar vermoeden dat het gaat om buitenlandse werknemers.

Over dit artikel

Dit is een artikel uit weekblad Peel en Maas. In acht artikelen wordt het onderwerp arbeidsmigratie en internationale werknemers vanuit verschillende kanten bekeken. Wie zijn ze, waar komen ze vandaan, waar werken en wonen ze? Aanleiding voor de serie is het beleid internationale werknemers van de gemeente Venray. De artikelen zijn geschreven door freelance journalist Bert Albers, op verzoek van de gemeente. De gemeente heeft geen zeggenschap gehad over de inhoud. De artikelen vallen buiten de verantwoordelijkheid van de redactie van het weekblad.